Principe

Tabellen hebben betrekking op vaak voorkomende gegevens bij het aanmaken van een klant of een leverancier : Wat is zijn taal ? Wat is zijn postcode ? Welke betaaltermijn wordt toegepast ? Hoe spreekt u hem aan : is dit een man, een vrouw, een bedrijf, wat voor een bedrijfstype (een V.Z.W., een N.V.) ? Wat is zijn bedrijfssector ? Hoe bent u met hem in contact getreden ? Tot welke categorie behoort hij ? Allemaal interessante gegevens, maar die aan belang verliezen als ze telkens ingevoerd moeten worden. Meestal worden die dan niet ingevuld omdat dit een vervelend werk is. Of ze worden telkens op een andere manier ingevuld. U begrijpt dan hoe moeilijk het is om betrouwbare sorteringen te maken.
Bovendien veranderen deze gegevens zelden, reden te meer om die in tabellen op te nemen. U definieert ze eenmalig en gebruikt ze dan telkens u ze nodig hebt.
Dit is namelijk het geval met de landcodes.

 

Deze gegevens kunnen op verschillende plaatsen gerecupereerd worden, maar voornamelijk in de klant-, leveranciers- en rekeningfiches.
Indien de voorgedefinieerde tabellen niet aan al uw behoeften voldoen, kan u eigen tabellen gekoppeld aan een parametreerbaar veld aanmaken.

Om een gegeven in een tabel toe te voegen

De knop naast een veld dat verwijst naar een tabel laat toe de overeenkomende tabel te openen en er een gegeven aan toe te voegen.

  1. In het menu BESTAND : klik op de optie TABELLEN en vervolgens op de te wijzigen tabel.
  2. Klik op 
  3. Ken het gegeven een unieke referentie toe.
  4. Voer een verklarende omschrijving in die u toelaat het gegeven te identificeren.
  5. Klik op 

    U hoeft de functie niet te verlaten om een andere tabel te openen : klik op de afrollijst in TABEL en klik vervolgens op de in te vullen tabel.

Wat wilt u doen ?

  • No labels